ondersoorten
Tegenwoordig leven er nog zes verschillende ondersoorten:
- Siberische tijger (P. t. altaica): de populatie wordt geschat op 450 dieren
- Noord-Indochinese tijger (P. t. amoyensis): vermoedelijk intussen uitgestorven in het wild
- Chinese tijger (P. t. corbetti): de populatie wordt geschat op 300 dieren
- Sumatraanse tijger (P. t. sumatrae): de populatie wordt geschat op 400 dieren
- Bengaalse tijger (P. t. tigris): talrijkste ondersoort met nog ongeveer 1850 dieren
- Maleise tijger (P. t. jacksoni): de populatie wordt geschat op 500 dieren
Drie ondersoorten zijn recent uitgestorven:
- Balinese tijger (P. t. balica) ("laatst gezien in 1937")
- Javaanse tijger (P. t. sondaica) ("laatst gezien in 1972")
- Kaspische tijger (P. t. virgata) ("laatst gezien in de jaren 70)
Er zijn nog veel geruchten dat de Javaanse tijger nog steeds voorkomt op Java. Tijdens de bosbranden van 1997 zouden er vier zijn gezien, maar dat is niet bevestigd.
Er zijn ook enkele fossiele ondersoorten bekend.
Deze indeling is op basis van uiterlijke en morfometrische kenmerken en verspreidingsgebied. Volgens DNA-onderzoek zijn de Kaspische tijger (P. t. virgata) en Javaanse tijger (P. t. sondaica) geen aparte ondersoorten. Volgens analyse van het mitochondriaal DNA van tijgers blijkt dat alle ondersoorten afstammen van een gemeenschappelijke voorouder die 72.000 tot 108.000 jaar geleden leefde. In 2006 werden de Sumatraanse en de Javaanse tijger (met de Balinese tijger als een ondersoort) tot aparte soorten verklaard op basis van sterke verschillen in de vorm en de verhoudingen van de schedel. Het is echter nog niet duidelijk of andere specialisten dit zullen volgen.
Eind 2009 werd de totale tijgerpopulatie geschat op zo'n 3200 dieren.