tijgers in de literatuur
De tijger heeft vaak tot de menselijke verbeelding weten te spreken. Rudyard Kipling in The Jungle Books en William Blake in zijnSongs of Experience schilderden de tijger als een wild, angstaanjagend beest af. In The Jungle Books is Shere Khan de grootste, maar ook de gevaarlijkste vijand van Mowgli, de ongekroonde koning van de jungle. Ook in het grotendeels schattige Casper en Hobbes van Bill Watterson ontsnapt Hobbes soms aan zijn rol van knuffelbeest. In Ogen van tijgers van Tonke Dragt staat de tijger symbool voor de woeste oernatuur waar de mens ver van afstaat. Aan de andere kant van de schaal staat Teigetje, uit A.A. MilnesWinnie de Poeh, die nooit angst aanjaagt en altijd vrolijk is.